Passend toewijzen is een instrument in de nieuwe woningwet (2016) om mensen met een kleine beurs in betaalbare woningen te huisvesten. Nu, een jaar na de invoering, interviewt Ruimte en Wonen enkele woningcorporaties over de effecten. Aan het woord is Qua Wonen in Bergambacht.
Rob van den Broeke, directeur-bestuurder van Qua Wonen in Bergambacht, 25 kilometer ten oosten van Rotterdam: “Het passend toewijzen lukt vrij aardig. We halen de opgelegde 95%. De basisgedachte van passend toewijzen is goed. Het zou heel gek zijn als ik als corporatieman roep dat ik daar niks mee kan of wil; we zijn er voor de meest kwetsbare groepen. Maar er ontstaat een landschap waarvan je je kunt afvragen of dat is wat je had beoogd."
Van den Broeke ziet dat passend toewijzen een tweedeling in de hand werkt. Zowel in ruimtelijke zin, als in sociaal economisch opzicht. Het betekent is zijn ogen een clustering van mensen met een laag inkomen op bepaalde plekken. Dit gaat ten koste van de economische vitaliteit van een gebied en vergroot de druk op leefbaarheid en beheer in een gebied. Het is niet vandaag op morgen zichtbaar maar nu al weten we dat het over vijf jaar een sterk gemarginaliseerde buurt is, waarvan het voorzieningenniveau waarschijnlijk sterk is teruggelopen. Van den Broeke: “Gemengd wonen was een van de verworvenheden van de volkshuisvesting en dat verschraalt nu in een rap tempo. Over vijf jaar kunnen we de brokken opruimen. In die zin ben ik zelf eigenlijk wel fan van scheefwonen: ik ben blij dat mensen met een hoger inkomen dit soort buurten en flats wonen! Nu worden deze mensen buiten de sociale huisvesting gehouden en kunnen elders niet of nauwelijks terecht."
Het meest schrijnend om te zien, aldus Van den Broeke, is de groep mensen die net iets te veel verdienen om in aanmerking te komen voor huur- zorg- of welke toeslag dan ook. Hij zegt: “Dagelijks spreken wij mensen die ons vragen om een woning maar we moeten NEE verkopen. Zij zijn echt de Sjaak; bij de commerciële verhuurders komen ze niet door de ballotage en de banken verschaffen op basis van het inkomen nauwelijks krediet. Een gevolg daarvan is weer dat de mutatiegraad dramatisch is gedaald. Mensen blijven zitten waar ze zitten. Dat is begrijpelijk want je komt er nooit meer tussen. Als voorzitter van een koepelorganisatie van 26 corporaties in Rijnmond, de Maaskoepel, (220.000 duizend sociale huurwoningen) zie ik dit fenomeen bij alle corporaties in dit gebied. Het is een algehele stagnatie op die huurmarkt en je kunt geen nieuwkomers, starters, statushouders of wie dan ook huisvesten. De vijver is niet groter geworden maar er vissen wel meer mensen in. Ik weet niet een-twee-drie hoe dit is op te lossen; sociale huurwoningen worden een schaars goed."
Reacties
Gerard Tolner - Gemeente Groningen, Stadsontwikkeling 17 juli 2017 16:41
Zal Duitsland ook nog spijt krijgen van het afschaffen van de "Fehlbelegunsgabgabe" ?