In het Verstedelijkingsakkoord kiezen de Provincie Zuid-Holland en de gemeenten Den Haag, Delft, Dordrecht, Leiden, Rotterdam, Rijswijk, Schiedam en Zoetermeer voor het bouwen van 70.000 woningen in dertien stedelijke transformatiegebieden rond NS stations. En er komt een update van het vervoerssysteem zodat nog eens 100.000 woningen in de spoorzones kunnen worden gebouwd. Het concept ziet er overzichtelijk uit.
Maar niet overtuigend. Als we een denkbeeldige horizontale lijn trekken door het midden van Zuid-Holland – pakweg van het strand van Hoek van Holland naar de Reeuwijkse Plassen – dan zien we dat de gemeenten Westland, Maassluis, Pijnacker-Nootdorp, Lansingerland, Zuidplas, Waddinxveen en Gouda niet meedoen. Oftewel: het hart van de Zuidvleugel ontbreekt in de afspraken van het Integraal Verstedelijkingsakkoord! Daarmee is het akkoord niet integraal voor de Zuidelijke Randstad. Mijn aanvankelijke enthousiasme voor het akkoord sloeg om in scepsis toen ik begreep wat dit betekent. Het akkoord dekt 170.000 van de benodigde 240.000 extra woningen in Zuid-Holland tot 2040. Ik ben bang dat een groot deel van die resterende 70.000 woningen toch ten koste gaat van natuur en landschap.
Dat risico is groot omdat woningbouw in de Zuidelijke Randstad een andere dynamiek heeft dan in de Noordelijke Randstad. Daar ligt de bebouwing ingeklemd tussen beschermde natuurgebieden en landschappen. Ruimte om te bouwen in de weilanden rond de stad is er niet vanwege streng restrictief beleid. In de Zuidelijke Randstad is dat anders: de ecologische en landschappelijke structuur is versnipperd, vergeleken met de Noordvleugel heeft veel minder gebied een beschermde status. Planologische ruimte om te bouwen in de weilanden is er dus wel, en daar maken gemeenten die niet aan het akkoord meedoen gebruik van. Met een paar uitzonderingen zoals de gemeente Midden-Delfland in de voormalige Rijksbufferzone.
Is er dan geen hoop meer voor het resterende landschap? Toch wel. De Metropoolregio Rotterdam/ Den Haag heeft het Verstedelijkingsakkoord ook ondertekend. De MRDH “werkt aan een duurzame en internationaal concurrerende metropoolregio met een aantrekkelijk landschap [-].” Als we die ambitie koppelen aan de Verkenning naar een Landschapspark Zuidvleugel, zoals genoemd in het Verstedelijkingsakkoord, dan zie ik perspectief. In die Verkenning zal duidelijk worden dat het groene hart van de MRDH – de strook van Hoek van Holland tot Gouda, tussen Den Haag en Rotterdam – een versnipperd en kwetsbaar landschap is. Midden Delfland is redelijk overeind gebleven. Wel kwetsbaar vanwege de ruimtedruk, maar de status Bijzonder Provinciaal Landschap helpt enorm. De grootste en bijna onmogelijke opgave zit in de driehoek tussen A12, A13 en A20: daar ligt het meest versnipperde landschap van Nederland en daar bouwen de gemeenten Pijnacker-Nootdorp, Lansingerland en Zuidplas in de weilanden. Niet toevallig zijn deze weilanden de vroegere veenbulten ter weerszijden van de veenrivier de Rotte. Daar werd in de loop van eeuwen dit veen afgegraven tot een eindeloze reeks plassen die in de 18e en 19e eeuw werden drooggemalen tot een ongelooflijke hoeveelheid poldertjes en een enkele grote droogmakerij zoals de Zuidplaspolder. De versnippering begon lang voor de verstedelijking. Dit gebied zou ik opnieuw willen uitvinden, met een nieuwe naam en een nieuw ontwikkelingsconcept: het Rotteland, waar alle functieverandering natuur- en landschapsinclusief is en waar iedere hectare gebiedsontwikkeling voor wonen, werken, infrastructuur en tuinbouw voor de helft wordt ingevuld met groen en blauw. Zo’n uitvinding vormgeven is de echte opgave, en de Provincie is de partij om het voortouw te nemen.
Reacties
Huub van 't Hart - Koningklijke Nederlandse Natuurhistorische Vereniging afdeling Delfland 27 oktober 2020 15:55
Geheel met Leo eens. Er is hier tot aan Gouda aan toe een gruwelijk lelijk landschap ontstaan van halflege industriegebiedjes (elk dorp zijn eigen bedrijfsterrein), stukken met glastuinbouw, zichtbare lelijke infrastructuur en hier en daar nog tamelijk verloren uitziende veeteeltbedrijven. Is dit nog enigzins als landschap te restaureren of te vernieuwen of moet je dit stuk Nederland maar opgeven met dank aan het volledig gebrek aan regie van de gemeenten, de provincie en rijksoverheid. Wellicht bruikbaar als openbaar museum voor gruwelijk landschap, het MGL.