De Tempel van Baäl-Shamin is gebouwd in de eerste eeuw na Christus en was één van de best bewaarde gebouwen in de historische stad Palmyra. Terreurbeweging IS kreeg de stad in mei van dit jaar in handen. Wereldwijd werd toen gevreesd dat het erfgoed verwoest zou worden.

In de afgelopen maanden heeft IS al vaker cultureel erfgoed in Syrië en Irak vernield. Afgelopen vrijdag werd het Mar Elian-klooster in de Syrische stad al-Quaryatayn verwoest met bulldozers. Eerder sloopte IS eeuwenoude beelden in het Iraakse Mosul. Begin dit jaar werd een oude stadsmuur van Nineveh met de grond gelijk gemaakt. Vorige week werd ook de bekende archeoloog Khaled Asaad, die lange tijd directeur was van het museum van Palmyra, onthoofd.

Lidewijde de Jong, docent Archeologie aan de Rijksuniversiteit Groningen hoopt dat deze verwoestingen de wereld laten zien hoe kwetsbaar het erfgoed is. In een interview met de NOS zegt ze: ‘Gelukkig is er nu veel aandacht voor de stad en in het algemeen voor cultureel erfgoed in conflictzones. Dat is over de hele wereld een probleem; er ontbreekt goede internationale wetgeving voor. Misschien zet dit mensen weer op scherp en zou er iets positiefs uit kunnen komen.’

In de komende S+RO-special over UNESCO Werelderfgoed, die in oktober verschijnt, gaat Dré van Marrewijk van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed onder andere in op de ‘Verklaring van Bonn’ (aangenomen in juni van dit jaar). Hierin staat de aanbeveling om de bescherming van cultureel erfgoed een regulier onderdeel te maken van het mandaat van vredesmissies.

Bron: NOS