De werelderfgoedstatus geeft een land of plaats niet alleen aanzien, maar speelt ook bij ruimtelijke ontwikkelingen een steeds belangrijker rol. Meestal als aanleiding en kans voor het realiseren van onderscheidende kwaliteit, in een enkel geval als obstakel. Er is ook een keerzijde: terroristen weten met een aanslag op werelderfgoed maximale media-aandacht te bereiken. Hoe maakt een land de verantwoordelijkheid voor het behoud van de universele waarde van het erfgoed waar?
10 2015/04 S+ROThemaWerelderfgoedErfgoed vanuniversele waardeDr? van MarrewijkRijksdienst voor hetCultureel Erfgoedd.van.marrewijk@cultureelerfgoed.nlNieuwe Hollandse WaterlinieDe Nieuwe Hollandse Waterlinie is een verdedigingslinie vande Vesting Holland en is aangelegd in de negentiende en twin-tigste eeuw. De Waterlinie loopt van Vesting Naarden tot FortSteurgat in de Biesbosch. Ook de Stelling van Amsterdam maaktonderdeel uit van de verdediging van de Vesting Holland, maardateert van begin twintigste eeuw. Beide linies overlappenelkaar gedeeltelijk. Het principe van de verdediging was dat hetland enkele decimeters onder water werd gezet om de vijandde doorgang te beletten. De linie bestaat uit meer dan 1.000gebouwde objecten (waaronder forten, kazematten, sluizen enhouten huizen) met een daartussen gelegen stelsel van water-werken. Daarmee is de Nieuwe Hollandse Waterlinie ??n vande grootste projecten die ooit in ons land werd gerealiseerd. Deschootsvelden en inundatiegebieden (waar het water werd in-gelaten) rond de forten zijn als gevolg van de tot in 1963 gehand-haafde Kringenwet (uit 1853), waarbij schootsvelden en inun-datievelden vrij moesten blijven van bebouwing, nu nog steedsgrotendeels landschappelijk open gebied. De Nieuwe HollandseWaterlinie stond al op de Voorlopige Lijst uit 1995.Fort Asperen, Nieuwe HollandseWaterlinieFoto: Frank van Laanen, CC BY 2.0S+RO 2015/04 11ThemaWerelderfgoedErfgoed vanuniversele waarde>>Erfgoedvanuniverselewaarde12 2015/04 S+ROThemaWerelderfgoedErfgoed vanuniversele waardeDe werelderfgoedstatus geeft eenland of plaats niet alleen aanzien, maarspeelt ook bij ruimtelijke ontwikkelin-gen een steeds belangrijker rol.Meestal als aanleiding en kans voor hetrealiseren van onderscheidende kwali-teit, in een enkel geval als obstakel. Eris ook een keerzijde: terroristen wetenmet een aanslag op werelderfgoedmaximale media-aandacht te bereiken.Hoe maakt een land de verantwoorde-lijkheid voor het behoud van de univer-sele waarde van het erfgoed waar?In juni van dit jaar nam het Werelderf-goedcomit? van UNESCO tijdens zijnjaarlijkse vergadering de `Verklaringvan Bonn' aan. Daarin veroordeelden delanden unaniem de barbaarse aanvallen,het geweld en de misdrijven die Islami-tische Staat recent pleegde tegen hetcultureel erfgoed van Irak en Syri?. Ooksprak het comit? zijn zorgen uit over dedreigende vernietiging van plaatsen alsPalmyra in Syri? en de oude stad Sana'ain Jemen. Verder bevat de verklaring deaanbeveling om de bescherming vancultureel erfgoed een regulier onder-deel te maken van het mandaat vanvredesmissies. Enerzijds was dit eenkrachtig signaal naar de wereld datdergelijk bruut geweld tegen kwetsbaaren uiterst waardevol erfgoed niet geac-cepteerd wordt. Anderzijds was heteen teken van machteloosheid: ieder-een gruwt van de beelden van erfgoeddat moedwillig wordt vernietigd, maarniemand is bereid of in staat er tegenop te treden. Het is de keerzijde van hetgrote succes van de werelderfgoed-status: ook terroristen in Syri? of Maliweten dat met een aanslag op werel-derfgoed maximale media-aandachtkan worden bereikt.Ondanks dit misbruik kan het Werel-derfgoedverdrag succes niet ontzegdworden. Minder dan veertig jaar nade eerste inschrijvingen staan er nu1031 bouwwerken, stedelijke gebie-den, cultuurlandschappen en natuur-gebieden op de Werelderfgoedlijst.Die vari?ren van bekende iconen alsSerengeti en de Chinese Muur, GreatBarrier Reef en Machu Picchu, totaan veel minder bekende juweeltjesals de Namibische zandwoestijn, hetcultuurlandschap van Grand Pr? inCanada, de Meidan Emam in Isfahan,Iran, of de stad Matera in het ItaliaansePuglia. De werelderfgoedstatus wordtbegeerd, ??k omdat het toeristentrekt en dus geld in het laatje brengt,maar zeker ook omdat het een land ofplaats status verleent. Met ??n, tien ofvijftig werelderfgoederen tel je mee!Het verklaart waarom landen staan tedringen om weer een nieuwe inschrij-ving te verwerven ? Itali? is koplopermet in totaal 51 werelderfgoederen ? enwaarom er ieder jaar wel weer ??n oftwee landen hun allereerste nominatiebekroond zien worden, dit jaar Jamaicaen Singapore.Uitzonderlijkeuniversele waardeInmiddels hebben 191 staten het`Verdrag voor de bescherming van hetnatuurlijk en cultureel erfgoed in dewereld' uit 1972 ondertekend. Daarmeebeloven deze landen hun natuurlijk encultureel erfgoed te inventariseren,te beschermen, te behouden, toegan-kelijk te maken en over te dragen aantoekomstige generaties. Erfgoederenvan uitzonderlijke universele waardekunnen worden voorgedragen voor eenplek op de Werelderfgoedlijst. Daarvoormoeten deze erfgoederen aan tenmin-ste ??n van de tien criteria voldoen, alsook aan de vereisten van integriteit enauthenticiteit, en ze moeten afdoendebeschermd en beheerd zijn.1 De interna-tionale organisaties International Unionfor the Conservation of Nature (IUCN)voor natuur en International Councilon Monuments and Sites (ICOMOS)voor cultuur adviseren het Werelderf-goedcomit? van UNESCO of aan dezevereisten wordt voldaan. Het Werel-derfgoedverdrag verplicht de lidstatende doelen van het verdrag te waarbor-gen voor zover het werelderfgoed ophun grondgebied ligt.In het Koninkrijk der Nederlanden heb-ben tien erfgoederen de horde naar dewerelderfgoedstatus inmiddels geno-men. De Van Nellefabriek was in 2014de laatste die deze erkenning verwierf;eerder waren Schokland en omgeving(1995), de Stelling van Amsterdam(1996), Historisch Willemstad (Cura?ao)en het molencomplex van Kinderdijk-Elshout (1997), het ir. D.F. Woudagemaal(1998), Droogmakerij de Beemster (1999),het Rietveld-Schr?derhuis (2000), deWaddenzee (2009; samen met Duits-land en, in 2014, met Denemarken) en deGrachtengordel van Amsterdam (2010)die eer te beurt gevallen. De Nederland-se voordrachten zijn representantenvan drie nationale thema's: NederlandWaterland, Nederland als burgersamen-leving en Nederland als ontworpen land.Duurzame instandhoudingEenmaal op de Werelderfgoedlijst blijfter de plicht het erfgoed te beheren`for future generations to appreciateand enjoy'. UNESCO ziet dan ook toe ophet beheer. Ontwikkelingen in of in denabijheid van een Werelderfgoed dievan nadelige invloed kunnen zijn op deuitzonderlijke universele waarde, deOutstanding Universal Value, moetenvooraf bij UNESCO worden gemeld.Ook particulieren of ngo's kunnen hetWerelderfgoedcomit? op dergelijke on-gewenste initiatieven attenderen. Ne-derland informeert jaarlijks wel enkelemalen over dergelijke voornemens metmogelijke impact op het werelderfgoed.Sommige daarvan komen elders in ditnummer ter sprake. Mocht de beoorde-ling door UNESCO negatief uitpakken enhet land is niet voornemens de plannente wijzigen, dan kan plaatsing op de`Gevarenlijst' (List of World Heritage inDanger) volgen, en in uiterste instantieverwijdering van de Werelderfgoed-lijst. Dit laatste is slechts twee keergebeurd, maar danger listing gebeurtregelmatig en blijkt uiterst effectief tezijn. Zelfs dreigen met plaatsing vanhet Great Barrier Reef op de Danger Listwas in Queensland, Australi?, voldoen-S+RO 2015/04 13ThemaWerelderfgoedErfgoed vanuniversele waardede reden voor een politieke omslag,gevolgd door afdoende beschermendemaatregelen om dat nadelig geachtebesluit te voorkomen.UNESCO laat geen ruimte voor conces-sies waar het gaat om het behoudenvan de uitzonderlijke universele waardevan een werelderfgoed. Wat overigensniet wil zeggen dat er geen ontwik-kelingen zijn toegestaan in Werel-derfgoederen. De CONO Kaasfabriekin de Beemster bewijst het tegendeel.Daarvoor was wel nodig dat met dejuiste argumenten overtuigend werdaangetoond waarom de kaasfabriekin de Beemsterpolder moest blijven ener vervolgens voor een ontwerp werdgekozen dat volledig paste bij de kwali-teiten van die locatie. Daarmee kondenUNESCO en zijn adviseur ICOMOSworden overtuigd en konden er zelfscomplimenten vanaf voor het gevolgdeproces en de rol die de verschillendebetrokkenen daarin hadden gespeeld.Nieuwe voordrachtenDe werelderfgoedstatus wordt be-schouwd als de ultieme gelegenheid omeen plaats of gebied wereldwijd op dekaart te zetten en bezoekers te trek-ken, maar brengt ook de verplichtingmet zich mee het erfgoed duurzaam instand te houden. Die plicht is ook voorons land geen reden om al te terughou-dend te zijn met nieuwe voordrachten.Nederland mag dan geen oververte-genwoordigde categorie?n erfgoedzoals middeleeuwse binnensteden ofreligieus erfgoed voordragen, voor dekomende jaren staan er wel vier nieuwenominaties op stapel, te weten: De Koloni?n van Weldadigheid(Veenhuizen, Frederiksoord, Om-merschans, en de Vlaamse koloni?nWortel en Merksplas; samen metBelgi?) in 2017; De Nieuwe Hollandse Waterlinie, alsuitbreiding van de Stelling van Am-sterdam, in 2018; Het plantagesysteem van West Cu-ra?ao in 2019; en De Nedergermaanse Limes, alsuitbreiding van de Frontiers of theRoman Empire (samen met Duits-land) in 2020.]Over de nominatie van vier anderekandidaten op de zogenaamdeVoorlopige Lijst van Nederland, hetKoninklijk Eise Eisinga Planetarium,Sanatorium Zonnestraal, het BonaireMarine Park en het eiland Saba, wordtin een later stadium besloten.Nieuw beleidTot voor enkele jaren kende Nederlandgeen specifiek beleid voor werelderf-goederen. De bescherming vond plaatsmet gebruikmaking van het bestaandeinstrumentarium van de Monumen-tenwet, Natuurbeschermingswet, Wetruimtelijke ordening en decentraleerfgoedverordeningen. Taken op hetgebied van communicatie, educatieen bewustwording werden onderge-bracht bij de rijksgesubsidieerde Stich-ting Werelderfgoed.nl, het samenwer-kingsverband van de Nederlandsewerelderfgoederen. Sinds 2010 heeftde verantwoordelijkheid van het Rijkvoor het werelderfgoed een aanzien-lijke impuls gekregen.In de Structuurvisie Infrastructuur enRuimte (SVIR, 2011) is vastgelegd dat deinstandhouding van de werelderfgoe-deren van nationaal belang is. Ergelden dan ook buitengewone regelsdie het Rijk heeft vastgelegd in hetBesluit algemene regels ruimtelijkeordening (Barro). Deze regels schrijvenvoor dat de provincies voor de `grotewerelderfgoederen' (Waddenzee,Stelling van Amsterdam, Beemster, ende in de toekomst nog voor te dragenerfgoederen Nieuwe HollandseWaterlinie en Nedergermaanse Limes)de kernkwaliteiten nader moetenuitwerken ten behoeve van de lokalebescherming. Ook moeten zij bijprovinciale verordening regels stellenover de inhoud van en de toelichtingbij bestemmingsplannen, zodat diegaranderen dat de uitzonderlijkeuniversele waarde behouden blijft ofversterkt wordt.Voor nog onvoldoende beschermdewerelderfgoederen als Schokland, maarook voor de nog voor te dragenKoloni?n van Weldadigheid Veenhuizen,Frederiksoord en Ommerschans is ofwordt bescherming als beschermddorpsgezicht ingezet. En voor deNieuwe Hollandse Waterlinie werd eengrootschalige operatie gestart gerichtop de aanwijzing van alle relevanteobjecten als rijksmonument.Voor het instandhouden van rijksmonu-menten bestaat de BRIM-regeling(Besluit Rijkssubsidi?ring Instandhou-ding Monumenten 2013). Ligt eenmonument in een werelderfgoed, dangeldt dat de BRIM-aanvraag metvoorrang wordt behandeld en deze bijovervraging van het beschikbarebudget dus niet achter het net vist. AanBRIM-subsidie binnen werelderfgoede-ren is in 2013 3,25 miljoen uitgegeven,in 2014 0,86 miljoen.Daarbovenop is in 2010 770.000 aansubsidie beschikbaar gesteld voor demolens van Kinderdijk op grond van deRestauratieregeling monumenten2010-2011 en in 2011 1.880.000 voorhet Woudagemaal. Sinds 2012 is dezerestauratieregeling overgedragen naarde provincies. Voor Schokland zijnandere maatregelen nodig: om dearcheologische waarden in de bodem tekunnen behouden is vernatting van delandbouwgronden noodzakelijk.Aankoop van deze percelen en omzet-ting in een natuurbestemming lijkt deenige optie. De realisatie van dit plan isnog onderwerp van onderhandelingen.In de Visie Erfgoed en Ruimte (VER), diein 2011 gelijktijdig en in samenhang metde SVIR verscheen, is de instandhoudingvan het UNESCO Werelderfgoed inNederland als ??n van de vijf rijksprio-riteiten benoemd. In totaal acht miljoenwerd beschikbaar gesteld voor derealisering van deze prioriteiten in >>14 2015/04 S+ROThemaWerelderfgoedErfgoed vanuniversele waardeKoloni?n van WeldadigheidIn 1818 werd de Maatschappij van Weldadigheid opgericht op ini-tiatief van generaal Johannes van den Bosch, met als doel om delevensomstandigheden van de lagere klassen te verbeteren doorhen arbeid, onderhoud en onderwijs te bieden. In de veengebie-den Veenhuizen en Frederiksoord/Wilhelminaoord en Wortelen Merksplas in Vlaanderen stichtte de Maatschappij koloni?nwaarin bedelaars en landlopers te werk werden gesteld. Grotestukken `woeste grond' werden systematisch ontgonnen via deoprichting van de landbouwkoloni?n. De koloni?n vormeneen ruimtelijke weerslag van de gedachten over een opvoeden-de, corrigerende en hi?rarchisch geordende gemeenschap. Dezeweerslag is zichtbaar in de gebouwen (`gestichten' in carr?vorm,zoals kazernes of tuchthuizen), maar ook in de uitgesprokenstructuur van de koloni?n.VeenhuizenFoto: Sjaak Kempe CC BY 2.0S+RO 2015/04 15ThemaWerelderfgoedErfgoed vanuniversele waarde16 2015/04 S+ROThemaWerelderfgoedErfgoed vanuniversele waardeperiode 2012 tot en met 2016. Hiervan isinmiddels ruim drie miljoen besteed aaninitiatieven in werelderfgoederen (zieartikel `Werelderfgoed verdientdraagvlak' van Ben de Vries).In de toekomst gaan de aanwijzing vangemeentelijke en provinciale monu-menten en de beschermde stads- endorpsgezichten alle over naar deOmgevingswet. Alleen de aanwijzingvan rijksmonumenten gebeurt straksop grond van de nieuwe Erfgoedwet.2Tijdens de behandeling van de Omge-vingswet in de Tweede Kamer is eenamendement aangenomen, dat bepaaltdat waar regels (kunnen) wordengesteld inzake cultureel erfgoedeveneens regels (kunnen) wordengesteld inzake werelderfgoed (bijvoor-beeld instructieregels van het Rijk aanprovincies en gemeenten), en wel methet oog op de bescherming van hetbehoud van de uitzonderlijke universelewaarde van het werelderfgoed.Daarmee wordt de doorwerking vanhet Werelderfgoedverdrag in deOmgevingswet nog beter geborgd. Ookwerd een motie aangenomen waarin deregering wordt verzocht onderzoek tedoen naar de mogelijke negatievegevolgen van vergunningvrije activitei-ten voor werelderfgoederen en op basishiervan zo nodig voorstellen te doenom de vergunningvrije bouwmogelijk-heden in deze erfgoederen af teschaffen dan wel in te perken.Beheer en capacity buildingIn 2010 is ook een begin gemaakt methet opstellen van managementplannenvoor de Nederlandse werelderfgoede-ren. In het managementplan wordtuitgewerkt op welke wijze de uitzon-derlijke universele waarde van heterfgoed in stand wordt gehouden dooralle betrokkenen. Dergelijke plannenzijn sinds 2006 verplicht bij hetindienen van nieuwe nominaties, redenwaarom de Waddenzee, Grachtengordelen Van Nellefabriek er al ??n hebbenopgesteld. Maar inmiddels beschikkenalle werelderfgoederen over eenmanagementplan, al zijn ze nog nietallemaal bestuurlijk vastgesteld.Het proactief melding maken vanruimtelijke ontwikkelingen metmogelijke impact op het werelderfgoed? en dus niet alleen reageren op meldin-gen door derden bij UNESCO ? heeftertoe geleid dat het besef steedsbreder doordringt dat het om erfgoedvan de buitencategorie gaat en datNederland hierbij een verantwoordelijk-heid heeft naar de gehele wereldge-meenschap. Deze bewustwording is ookeen ideale voedingsbodem voor deintroductie van Heritage ImpactAssessments (HIA's). Dit instrument,onder meer in de Engelstalige wereldveelvuldig gebruikt en wettelijkverplicht om het effect van voorgeno-men ingrepen op erfgoedwaarden tebepalen, is door UNESCO en ICOMOSvertaald naar een instrument speciaalgeschikt om de impact op de uitzonder-lijke universele waarde van eenwerelderfgoed vooraf vast te stellen.Sinds 2013 is met deze erfgoedtoets inNederland ge?xperimenteerd, en metsucces. Of we met deze aanpak vanHIA's op de goede weg zijn, wordt laterdit jaar onderzocht in een internatio-naal vergelijkend onderzoek van deuniversiteiten van Aken, Eindhovenen Krems.Naast het beoordelen van incidenteleontwikkelingen kent UNESCO ook eenzesjaarlijkse cyclus waarin de wereld-regio's beurtelings de balans opmakenten aanzien van het naleven van deVerdragsverplichtingen. Voor Europaheeft deze zogeheten PeriodiekeRapportage in 2012-2014 plaatsgevon-den en de resultaten ervan zijn recentin Bonn door het Werelderfgoedcomit?vastgesteld. Uitkomsten zijn ondermeer dat in veel landen de financi?leproblemen nadelig uitwerken voor deerfgoedzorg, dat de naleving vanwettelijke regels versterking behoeften dat een strategie voor het vergrotenvan bewustwording en betrokkenheidvan lokale bewoners bij werelderfgoed-vraagstukken in veel landen ontbreekt.Belangrijker dan terugkijken is om opbasis van de uitkomsten van derapportage conclusies voor de toe-komst te trekken. Dat hebben devertegenwoordigers van de Europeselanden in december vorig jaar geza-menlijk gedaan in Helsinki, resulterendin een Europees Actieplan 2015-2022.Belangrijkste conclusie was dat >>Pagina 17: Romeinse Limes.Visualisatie van het hoofdgebouwvan castellum Meinerswijk, Arnhem.Meinerswijk maakt deel uit vanruimte voor de rivier. Het castellumkomt straks regelmatig onder waterte staan. Ontwerp visualisatie: teamMARC-Erfgoed, DaF-architecten,Landlab. Uitvoering 2015.Romeinse LimesDe Limes is de vroegere grens van het Romeinse rijk, eenmilitaire zone bestaande uit wegen, verdedigingswerkenen burgernederzettingen. Een internationaal gezelschapvan wetenschappers streeft ernaar de gehele Limes opte nemen op de Werelderfgoedlijst. De muur van Hadria-nus in [het Verenigd Koninkrijk] is het eerste deel van deLimes dat op de Werelderfgoedlijst is geplaatst. In 2005is een deel van de Duitse Limes daar aan toegevoegd, in2008 gevolgd door een deel van de Schotse Limes. An-dere landen, waaronder Hongarije, zijn op dit momentbezig met voorbereidingen op dit vlak. Vanuit de inter-nationale gemeenschap is een beroep gedaan op Neder-land om ook het Nederlandse deel van de Limes hier aantoe te voegen.S+RO 2015/04 17ThemaWerelderfgoedErfgoed vanuniversele waarde18 2015/04 S+ROThemaWerelderfgoedErfgoed vanuniversele waardebewustwording en beheer van werel-derfgoederen de hoogst mogelijkeaandacht verdienen. Eerstverantwoor-delijken voor de bescherming en hetbeheer van het werelderfgoed moetendaartoe over voldoende kennis, kundeen vaardigheden beschikken. Om die inde volle breedte te versterken, iscapacity building nodig. Ook Nederlandzal daar de komende jaren in gaaninvesteren, teneinde ook langs die wegde implementatie van het Werelderf-goedverdrag te versterken.BewustwordingOp het gebied van educatie, bewust-wording en inmiddels ook marketingwordt de Stichting Werelderfgoed.nlsteeds actiever. Met het jaarlijksewerelderfgoedweekend in juni, hetgemeenschappelijke WerelderfgoedPo-dium in het Amsterdamse Stadsarchief,met televisie-uitzendingen via hetKlokhuis en met een terugkerendestand op de Vakantiebeurs timmeren deNederlandse werelderfgoederen flinkaan de weg. Dat, aangevuld met deactiviteiten die de verschillendewerelderfgoederen zelf ondernemen,moet de Nederlandse werelderfgoede-ren ook bij de recreant en de toerist opde kaart zetten. En gelijktijdig moetenwe ervoor waken dat deze pareltjes vanhet Nederlandse erfgoed niet overlopenraken. Het uiteindelijke doel wasimmers instandhouding `for futuregenerations to appreciate and enjoy'.Duurzaamheid is daarom ook hierhet adagium.Concluderend kan worden vastgestelddat het werelderfgoedbeleid inNederland flink in beweging is. Er wordthard gewerkt aan uitbreiding van hetaantal werelderfgoederen, de bescher-ming en het beheer worden verdergeoptimaliseerd. Het werelderfgoed inNederland wordt ook steeds bekender,zowel bij de Nederlanders zelf als bijbuitenlandse bezoekers. Het draagvlakvoor de instandhouding is ook hoog.3Ook dringt steeds meer het besef doordat ruimtelijke ontwikkeling in of bijwerelderfgoederen niet onmogelijk is,maar wel zeer zorgvuldig en in het vollebewustzijn van de waarde van hetPlantagesysteem West-Cura?aoHet plantagesysteem van West-Cura?ao is een cultuur-landschap dat een beeld geeft van de Caribische plan-tages in de periode tussen de zeventiende en de vroegetwintigste eeuw. Het systeem bestaat in de voordrachtuit vier verschillende plantages op Banda Abou, hetwestelijke gedeelte van het eiland Cura?ao: de plantagesAscencion, San Juan, Savonet en Knip. De voordracht isgedaan door de Nederlandse Antillen en wordt na op-heffing van de Nederlandse Antillen in 2010 getrokkendoor de regering van Cura?ao. De plantages zijn relatiefgroot, 500 tot 700 hectare. Elke plantage bestaat uit eenplantagehuis (het zogenaamde landhuis) met bijbeho-rende gronden, verwilderde vegetatie en overblijfselenvan verblijfplaatsen van slaven, andere bijgebouwen,archeologische vindplaatsen en gedenkplaatsen. Andersdan bij veel andere plantages op Cura?ao, zijn deze plan-tages niet naderhand bebouwd.S+RO 2015/04 19ThemaWerelderfgoedErfgoed vanuniversele waardePlantage Savonet West-Cura?aoFoto: Dr? van Marrewijkwerelderfgoed moeten plaatsvinden.UNESCO kijkt immers altijd mee. 2 Toelichting bij de Omgevingswet, TweedeKamer, vergaderjaar 2013-2014, 33 962, nr.3, p. 345.3 Zie onder andere: Veldkamp, NulmetingVER-programma Werelderfgoed.Publieksonderzoek. Project P6138,Amsterdam, 2014.Dr? van Marrewijk is als landelijk co?r-dinator Werelderfgoed werkzaam bij deRijksdienst voor het Cultureel Erfgoed.Noten1 Voor een verklaring van de gehanteerdebegrippen zie de Operational Guidelinesfor the Implementation of the WorldHeritage Convention op de website whc.unesco.org.
Reacties